Twente? Dan hebben we het ook over het Twentekanaal. Almelo, Hengelo en Enschede – de drie grootste steden in deze regio – zijn sinds de jaren ’30 van de vorige eeuw door deze waterweg met elkaar verbonden.

Vanaf de IJssel bij Zutphen tot aan Enschede is het een afstand van zeker 40 kilometer. Over die afstand laat het water een verval zien van 21 meter. Dat is te groot om bevaarbaar te zijn voor de vrachtschepen die van het kanaal gebruik maken.

Het Twentekanaal heeft drie schutsluizen die ieder dus een hoogteverschil van gemiddeld 7 meter moeten overbruggen. Een daarvan is Sluis Delden, ook wel genoemd Sluis Wiene, genoemd naar de buurtschap Wiene. De twee hefdeuren hebben een hoogte van bijna 6½ meter en kunnen in theorie schepen verticaal verplaatsen over een afstand van zeker 6 meter.

Tijdens WO II was de sluis (met bijbehorende brug) een van de plekken waar de geallieerden een doorbraak over het Twentekanaal wilden forceren. Uitgerekend hier ontmoetten zij op 3 april 1945, een dag na Pasen, de hardnekkigste weerstand van de Duitsers.

De schutsluis bij Delden is 12 meter breed en 140 meter lang. Sluis Delden heeft de status van een rijksmonument.